Kalibratie

Conformiteitsverklaring

bij DAkkS kalibratie

De norm IEC 17025:2018 vereist dat de opdrachtgever voor elke geaccrediteerde kalibratie aangeeft of een conformiteitsverklaring gewenst is. Zo ja, dan dient er te worden aangegeven welke beslissingsregel moet worden gebruikt.


Hieronder zijn de drie meest gebruikte varianten vermeld. Geef via het formulier hieronder door welke moet worden toegepast. Neem contact op als u een andere beslissingsregel wenst. Als er geen keuze gemaakt is of niet alle benodigde informatie is verstrekt, dan wordt het certificaat zonder conformiteitsverklaring afgegeven.


Vanwege kwaliteitsredenen wordt zonder toestemming van de klant het meetinstrument niet gejusteerd (zelfs niet bij meetinstrumenten van eigen fabricaat). Als justeren gewenst is, geef dat dan aan in het formulier. Meetinstrumenten van derden fabricaten kunnen niet gejusteerd worden.

X

Geen conformiteitsverklaring

Standaard wordt er geen conformiteitsverklaring afgegeven in het kalibratiecertificaat.


U wilt alleen weten wat de meetafwijking is en corrigeert het meetinstrument eventueel zelf.


Bij de kalibratie van meetinstrumenten van eigen fabricaat kan de instructie “aanpassen als afwijking groter is dan 3%” toegevoegd worden. Dan is zeker dat de afwijking niet te groot is. Evenwel moet de opdrachtgever zelf beslissen of het geschikt is voor de toepassing.

Regel 1

Conformiteitsverklaring - “Gedeeld risico”

Binaire conformiteitsverklaring zonder rekening te houden met meetonzekerheid.


U krijgt u een pass zolang de gemeten waarde binnen de door u opgegeven tolerantie* valt. U kunt daarvoor de door de fabrikant gespecificeerde tolerantie gebruiken. Op deze manier krijgt u een pass als het meetinstrument voldoet aan de voorwaarden van de fabrikant.


Regel 2

Conformiteitsverklaring - Met veiligheidsmarge = meetonzekerheid

Binaire conformiteitsverklaring met inachtneming van meetonzekerheid.


Regel 2 is van toepassing als u héél zeker wilt zijn dat het meetinstrument in orde is. Bovenop de tolerantie* wordt een bufer toegepast die gelijk is aan de meetonzekerheid eMU.


Gezien de relatief hoge meetonzekerheid bij verlichtingssterktemetingen worden slechts zeer kleine meetafwijkingen toegestaan. Een meetinstrument kan snel een fail  krijgen. Bij lage meetwaarden kan de meetonzekerheid groter zijn dan de tolerantie.

* Geef de vereiste tolerantie op in het onderstaande formulier.

Regel 1 is in feite een single acceptance rule  (of simple acceptance rule): de gemeten waarde wordt rechtstreeks vergeleken met de tolerantiegrenzen van het te testen meetinstrument. Het is een eenvoudige methode waarbij een pass  wordt afgegeven als het resultaat binnen de specificatie valt en een fail  als het buiten de specificatie valt.


Bij regel 1 is het betrouwbaarheidsniveau gemiddeld, echter vaak goed genoeg. De kans dat de meting binnen de tolerantie valt, is ≥ 50%. Dit is een statische waarde en betekent niet dat de resultaten in 50% van de gevallen fout zijn!


Bij regel 2, alleen voor meetinstrumenten van hoge kwaliteit, is het betrouwbaarheidsniveau zeer hoog. De kans dat de meting binnen de tolerantie valt, is ≥ 95%.  Hier betaalt men een prijs voor: de kans op een fail, dus een meting buiten de specificatie, is hoog.  Voor lage meetwaarden hangt de meetonzekerheid meestal af van de resolutie van het meetinstrument. Voor hoge meetwaarden zijn mechanische factoren van de meetcel bepalend.


Samenvattend zou geconcludeerd kunnen worden dat regel 1  met de door de fabrikant opgegeven tolerantie van het meetinstrument een goede keuze is voor de gemiddelde gebruiker.

DAkkS kalibratie formulier

Neem contact met ons op

* Regel 2 wordt aanbevolen voor meetinstrumenten van hoge kwaliteit.

** Bij de kalibratie van irradiance (LUX/UVA meters) is een tolerantie van 13% of lager meestal niet haalbaar, bij luxmeters 3% of lager. Het recht op het wijzigen van Regel 2 naar Regel 1 zonder opgave vooraf wordt voorbehouden als de opgegeven tolerantie niet haalbaar is.